Algemeen

Kinderen die in Nederland wonen, moeten zo snel mogelijk de meest gebruikte Nederlandse woorden verwerven, zodat ze de nieuwe taal kunnen begrijpen en spreken. Bij woordenschatonderwijs leren kinderen Nederlandse woorden en zinnen begrijpen en toepassen. Zo kun je in het Nederlands iets zeggen, iets uitleggen, iets bereiken en iets nieuws leren. 

Thematisch werken

In onze school wordt thematisch gewerkt. Iedere dag bieden wij nieuwe woorden aan. In totaal komen er gedurende het jaar 15 thema's aan bod. Thema's die wij behandelen zijn onder andere: De dierentuin, Feest, Mijn lichaam en De winter. De kinderen krijgen de woordjes van de dag mee naar huis zodat ze ook thuis de woordjes nog kunnen oefenen. Bij thematisch onderwijs krijgen de kinderen ook verschillende uitdagende opdrachten die ze samen met andere kinderen doen. Door samen te werken moeten kinderen met elkaar Nederlands spreken. De taal is dan de verbindende factor. Zo maken we bijvoorbeeld in de school een echte supermarkt waarin kinderen spelenderwijs kunnen oefenen en uitspelen hoe je in het Nederlands boodschappen moet doen. Naast de dagelijkse taal, die gericht is op de omgang met anderen, leren we de kinderen ook schooltaalwoorden die nodig zijn om goed het onderwijs te volgen.

ONDERBOUW (KLEUTERS)

Adaptief werken

In de onderbouw werken we adaptief. Gedurende de dag krijgen de leerlingen instructie op hun eigen niveau voor de vakken woordenschat, klankonderwijs, rekenen, lezen, schrijven en spelling. Dit instructiemoment kan individueel of in een klein instructiegroepje zijn. Na 3 weken onderwijs op IOK de Globe toetsen wij het beginniveau. Vanuit deze meting wordt een leerling in een niveaugroep ingedeeld. Elke 13 weken wordt een leerling opnieuw getoetst en weer ingedeeld in een passende niveaugroep. Er wordt gewerkt met een dagschema. Deze hangt op het bord. Hierop kunnen de leerlingen zien wanneer zij instructie hebben of wanneer zij zelfstandig aan het werk moeten.

Werken in hoeken

In de kleutergroepen werken wij veel in hoeken. Zo heeft elke klas een; huishoek, autohoek, bouwhoek en een taal- en rekenhoek. Daarnaast passen wij bij elk thema de hoeken aan om leerlingen de ruimte te geven om te werken met concreet materiaal dat past bij het thema in de groep. Op deze manier blijft het uitdagend voor de leerlingen en worden ze geprikkeld om nieuwe materialen te ontdekken. Zo kunnen de leerlingen in de zomer bijvoorbeeld picknicken in de groep en rond de kerst is er een boom van mini formaat om te versieren.

Sociaal- emotionele ontwikkeling

Naast aandacht voor woordenschat, rekenen en andere vakgebieden, besteden wij in de kleutergroepen ook veel aandacht aan de sociaal- emotionele ontwikkeling en wordt er veel aandacht besteed aan creativiteit. Ook buitenspelen en bewegen vinden wij belangrijk voor onze jongste leerlingen. Dagelijks wordt er met de kinderen buiten gespeeld en zetten wij buitenspeelmateriaal in om de motorische ontwikkeling te stimuleren.


MIDDENBOUW EN BOVENBOUW

Woordenschat

Wij hebben op onze school een eigen ontwikkelde woordenschatmethode. De leerlingen krijgen per thema niet alleen schriftelijke verwerking via een werkboekje of via de Chromebook, maar er worden ook excursies gemaakt, boeken gelezen over dat thema, werkstukken gemaakt, er wordt geknutseld, gezongen en worden educatieve filmpjes bij het desbetreffende thema behandeld.

Zien is snappen

Daarnaast maken wij voor het taalonderwijs ook gebruik van de methode 'Zien is snappen'. In de middenbouw en bovenbouw leren wij de leerlingen zinnen te maken, door gebruik van kleuren. Deze zinnen beginnen makkelijk, bijvoorbeeld met een wie + doe woord (ik + loop) maar worden naarmate een leerling langer bij ons op school zit steeds verder uitgebreid. 

Weektaken

In de middenbouw en bovenbouw leren de kinderen werken met een weektaak. Alle kinderen werken op hun eigen niveau. In hun weektaak zit werk voor onder andere rekenen, woordenschat, lezen en begrijpend lezen. Per dag wordt door de leerkracht, samen met de leerkracht of zelfstandig door de leerling (afhankelijk van de mogelijkheden van de leerling) een planning gemaakt van het te maken werk op het gebied van lezen, rekenen, woordenschat, spelling en begrijpend lezen. Bij sommige leerlingen kunnen ook vakken als natuur, topografie en verkeer op de weektaak komen te staan. 

Chromebooks

In alle klassen werken wij met Chromebooks. Om het zelfstandig werken te bevorderen zet de leerkracht ICT middelen in. Alle leerlingen hebben hun eigen Chromebook en kunnen hiermee onder andere spelling oefenen met Taalblobs en woordenschat oefenen in Gynzy Kids. Het Gynzy Kids verwerkingssoftware is een adaptieve leeromgeving voor basisschoolleerlingen. Met deze software kunnen leerlingen op eigen niveau de opgaven oefenen, terwijl ze ondersteund worden in hun leerproces. De oefenstof sluit aan bij de aanwezige lesmethodes, maar ook bij persoonlijke leerroutes.

Rekenen

 

Schrijven

In de onderbouw wordt er veel aandacht besteed aan het aanleren van de schrijfletters. Dit wordt op verschillende manieren aangeboden. Leerlingen leren onder andere de letters schrijven door inzet van de Chromebook, het digibord en door bijvoorbeeld in zand te schrijven. Ook in de middenbouw en bovenbouw is het soms nodig om de schrijfletters aan te leren, zeker als kinderen een ander alfabet hebben aangeleerd. De kinderen die het Nederlandse alfabet wel kunnen schrijven, gaan ook verder werken in een schrijfschrift. 

Gym

Alle groepen op onze school krijgen 2 keer in de week gym van een vakdocent in een gymzaal dichtbij de school. We vinden het belangrijk dat alle kinderen bewegen. Ze worden bij de gymlessen uitgedaagd met de verschillende activiteiten en er wordt samen gespeeld. 
Kinderen hebben hierbij gymkleding nodig: sportbroek, sportshirt, gymschoenen